Op vakantie


Als uw huisdieren met u mee op vakantie gaan naar het  buitenland:

  • Neem het Europees dierenpaspoort mee
  • Uw huisdier moet gechipt zijn
  • Ga met uw huisdier bij de dierenarts langs voor een algehele check-up
  • Ontworm uw huisdieren voordat ze mee op vakantie gaan en ook na thuiskomst
  • Bescherm uw huisdier tegen vlooien, teken, luizen en zandvliegen (pipet voor in de nek of teken- /vlooienband)
  • Zorg dat uw huisdier de juiste vaccinaties heeft gekregen
  • Kijk ruim voor vertrek naar het buitenland even op de vakantiepagina van het LICG of het vakantieland nog speciale eisen heeft voor uw huisdier (muilkorf, verboden rassen of extra entingen)

AUTO

  • Laat uw huisdier eerst wennen aan de auto
  • Zorg voor voldoende water en eten onderweg (een eigen drink- en voerbak)
  • Zorg voor een veilige plaats in de auto (reiskennel of bench)
  • Las om de 2 uur een pauze in
  • Zorg voor aangename temperaturen in de auto, vooral wanneer de auto stilstaat
  • Neem voldoende poepzakjes mee

Boot

  • Laat uw huisdier eerst wennen aan een bootreis
  • Neem voldoende poepzakjes mee
  • Neem voor de hond een zwemvest mee, katten in een mandje of als ze los lopen aan een tuigje

Vliegtuig

  • Informeer tijdig bij uw vliegmaatschappij over het reizen met uw huisdier(en).
  • Laat uw huisdier vooraf wennen aan de reis-kennel/tas.
  • Geef uw huisdier 24 uur voor de vliegreis wat lichter verteerbare voeding, wel onbeperkt water geven.
  • Informeer bij uw dierenarts naar preventieve maatregelen tegen vliegangst.